Lokale overheden spelen van oudsher een belangrijke rol bij het tot stand brengen, onderhouden, inrichten en inroosteren van het gymnastiekonderwijs, zeker voor gemeentelijke en lagere scholen.
In de tachtiger jaren is er van rijkswege een herstructureringsoperatie gymzalen (HOG). Veel – vooral kleinere en oudere – gymzalen met weinig bezetting worden uit de rijks bekostiging gehaald. In 1997 is de decentralisatie van de onderwijshuisvesting naar de gemeenten een feit. Gemeenten ontvangen een bedrag per leerling en moeten – in overleg met de schoolbesturen – een eigen huisvestingsbeleid voeren. De modelverordening onderwijshuisvesting van de VNG fungeert als basis voor de normering.
In het VO wordt in 1996 het declaratiestelsel omgebogen in een genormeerde financiering. Het vergoedingsstelsel voor de materiële bekostiging van de eerste inrichting, vervanging en schoonmaak wordt door de commissie Kolthofff minutieus uitgewerkt. In het PO gebeurt dit in 1985 met de inwerkingtreding van de WBO door de commissie-LONDO. In het mbo is de lumpsumfinanciering in 1987 in het kader van de SVM-operatie (sectorvorming en vernieuwing van het mbo) ingevoerd.
Steeds meer gemeenten doen sinds 2000 aan doordecentralisatie naar VO-scholen waardoor nog meer zeggenschap bij de scholen komt te liggen. Scholen worden zelf bouwheer.
Gymzalen en sportzalen met schoolgebruik blijven door de geschiedenis heen ten opzichte van schoolgebouwen een aparte positie innemen omdat medegebruik door de sportsector, dus multifunctioneel gebruik, uit exploitatieoogpunt nodig is. Dit levert veel onduidelijkheid in het werkveld op omdat er geen uniforme situaties zijn. De KVLO heeft daarom altijd veel aan voorlichting, scholing en advisering gedaan en aan dienstverlening naar leden. Zo zijn er diverse themanummers (in 1983 LO 16, in 2001 LO 2 en in 2009 LO 14) en publicaties over bouw en inrichting verschenen van het vakblad LO.
Ook zijn er diverse commissies geweest die zich bezig hebben gehouden met bouw- en inrichtingsproblematiek. Vanaf 1982 is er een vaste medewerker op het bureau voor huisvesting en wordt gewerkt met tijdelijke projectgroepen voor bouw en inrichting en normering.