Christiaan Alex Hazelebach (13-11-1955) groeide op in Apeldoorn. In zijn jeugd waren voetbal en tafeltennis zijn passies. Als student (1974-1978) aan de
Calo
in Arnhem was Chris erg actief, zowel in het studentenleven als binnen de opleiding. Hij raakte begeesterd door de theorie van de Calo en de vernieuwing van de praktijk en deed enthousiast mee met het ontwerpen van nieuwe beweegactiviteiten. Al in het derde jaar van de opleiding kwam hij in het bestuur van de Werkgroep Bewegingsonderwijs, wat tegenwoordig
’t WEB heet. In het vierde jaar presenteerde hij tijdens de
Thomas Oriëntatiedagen met zijn leermeester
Gijs van den Berg en enkele studiegenoten nieuwe turnactiviteiten voor het onderwijs. Ook strookte de indeling in jongens- en meisjesklassen niet met zijn ideeën over emancipatie en zette zich hij zich in voor de introductie van gemengde groepen.
Vakleerkracht bewegingsonderwijs
Na de Calo studeerde Hazelebach even aan de
Interfaculteit
van de Vrije Universiteit. Hij stopte al snel omdat hij veel vakken niet relevant genoeg vond voor het onderwijs. Tegelijkertijd begon hij als vakleerkracht in het basisonderwijs aan de montessorischool Maas en Waal in Amsterdam. Deze school werd zijn proeftuin voor verdieping van de Calovisie, de toepassing van de principes van Maria Montessori op het bewegingsonderwijs en het realiseren van circusprojecten en musicals. In het montessorionderwijs werden zijn bekend.
Aan zijn periode op de montessorischool ontleende Hazelebach het pseudoniem ‘M. Waal’, waaronder hij ingezonden brieven en artikelen schreef. Ook onder zijn eigen naam schreef hij
veel artikelen en praktijkboeken (meestal samen met anderen). Zijn eerste boeken uit deze periode waren
Werkboek bewegingsonderwijs voor de basisschool en
Invoeringsprogramma’s Bewegingsonderwijs voor 4-8 jarigen.
’t WEB
Namens het bestuur van ’t Web organiseerde Hazelebach studiedagen en conferenties (o.a. Spijk en Hersenhoos), en verzorgde vaak zelf workshops. In het
Tijdschrift van de Werkgroep Bewegingsonderwijs publiceerde hij tussen 1978 en 2009 veel artikelen. In zijn praktijkartikelen stond de zoektocht naar de wijze waarop alle kinderen het best tot hun recht konden komen in beweegactiviteiten en hoe ze daarbij tot leren konden komen centraal. Zowel het
Basistikspel als
Chaosdoelenspel zagen midden jaren tachtig het licht. Naast de praktijk zorgde Hazelebach voortdurend voor theoretische onderbouwingen en verwijzingen. Het boek
Bewegingsonderwijs in het speellokaal (1999), geschreven met 20 opleidingsdocenten, is de van het publicatiefonds van ’t WEB.
Projectgroep Bewegingsonderwijs Amsterdam
In 1990 werd Hazelebach lid van de projectgroep bewegingsonderwijs in Amsterdam, die onder leiding stond van
Bob Mirck.
Deze groep begeleidde vakleerkrachten bewegingsonderwijs en groepsleerkrachten van groep 1 en 2 bij het schrijven van een schoolwerkplan en het vernieuwen van het bewegingsonderwijs.
Circus is een spel en
Praktijksituaties bewegingsonderwijs basisschool waren belangrijke publicaties in deze periode.
Calo
In 1992 werd Hazelebach als speldocent (binnen en buiten) benoemd aan de Calo in Zwolle. Hoewel methodiek zijn passie was, gaf hij ook les in eigen vaardigheid. In de loop van de jaren werd eigen vaardigheid en methodiek steeds meer geïntegreerd.
Ook op de Calo was Hazelebach een innovator. Hij speelde een grote rol bij het vernieuwen van het programma van het eerste jaar en het tweede jaar, waar het basisonderwijs een dominante curriculumplek had. Een experiment met een geïntegreerd programma van alle vakken voor het eerste jaar was op zijn lijf geschreven.
Tot 2018 bleef Hazelebach werkzaam op de Calo, met een korte onderbreking van twee jaar bij de KVLO. Na zijn afscheid bleef hij nog betrokken bij kleine Calo-projecten. Zijn ervaringen als opleidingsdocent waren aanleiding voor het schrijven van de methode Bewegen Samen Regelen en het didactiekboek
Perspectieven op bewegen.
SLO
Tussen 1997 en 2010 werkte Hazelebach ook voor SLO, het nationaal expertisecentrum voor curriculumontwikkeling. Samen met onder andere
Chris Mooij
verzorgde hij een lange reeks publicaties waaronder het
Onder leiding van Bram Donkers (hoofd van de afdeling basisonderwijs bij SLO) leverde Hazelebach met enkele anderen een belangrijke bijdrage aan het ontwikkelen van de post-hbo opleiding
Leergang vakbekwaamheid bewegingsonderwijs
via pabo.
Met Chris Mooij werkte hij jaren aan kennismakingsmappen voor verschillende sporten. In samenwerking met de sportbonden en NOC*NSF ontwikkelde hij dertien verschillende mappen met lessen in het verlengde van een sport, lessen als naschoolse activiteit en trainingen op de sportvereniging.
KVLO
Van 2016 tot 2018 werkte Hazelebach als onderwijsadviseur basisonderwijs bij de KVLO. Naast het overleg met netwerk- of vakgroepcoördinatoren gaf hij een impuls aan het overleg tussen de ALO’s op het gebied van bewegingsonderwijs op de basisschool. Daarnaast hield hij zich in deze periode bezig met bewegend leren en met onderzoek naar jongleren en rekenen. Voor de discussie over doelgebieden in het bewegingsonderwijs introduceerde hij ‘drie viltjes’ (zie illustratie) als concreet hulpmiddel om verschillende visies van vakleerkrachten inzichtelijk te maken.
Master
In 2019, zo’n beetje ‘fin de carrière’, voltooide Hazelebach nog een
Auteur: Marco van Berkel
Chris Hazelebach illustreert ‘leren bewegen en drie vormen van geluk’ aan de hand van het balanceren met een veer.