Biografieën

Adrian, Piet

De trots van ‘de Nederlandsche’ en langst zittende voorzitter (1871-1910)

1844 - 1915 Verdiepingen Biografieën Vensters Pop-ups
  • Gymnastiekuitvoeringen
  • Commissie die de oprichting van de 'Maatschappij voor Turngebouwen
  • betrokken bij de oprichting van het Nederlands Gymnastiek Verbond
  • De Turnvriend
  • vierde zijn zilveren jubileum
Petrus Cornelis Adrian (geboren 7-11-1844 te Amsterdam) startte in 1862 met het geven van gymnastiekonderwijs als hulponderwijzer in het Burgerweeshuis in Amsterdam. Een half jaar later (1863) legde hij, op grond van de in 1857 ingestelde wet op het lager onderwijs, met succes het examen af voor de ‘acte gymnastiek’. Twee jaar later behaalde hij de middelbare akte.

Onderwijsloopbaan
Na drie jaar gewerkt te hebben als klasonderwijzer, koos Piet Adrian definitief voor het gymnastiekonderwijs. Als vakonderwijzer was hij werkzaam in het lager onderwijs in Purmerend. In Amsterdam werkte hij aan de Openbare Lagere School nr. 3, de Van der Palmschool, de Middelbare meisjesschool aan de Heerengracht, aan de Burgerdag- en avondschool, aan diverse Hogere Burger Scholen (H.B.S.) met driejarige en vijfjarige cursussen en aan de Openbare Handelschool.

Bevlogen bestuurder en baanbreker van de gymnastiek in Nederland
De sociaal bewogen Piet Adrian was van vele markten thuis. In de turnwereld was hij zeer actief als turner en als bestuurder. Zo was hij voorzitter van ‘Gymnastiekvereeniging Kracht en Vriendschap’ in Amsterdam. In 1868 was hij betrokken bij de oprichting van het Nederlands Gymnastiek Verbond (NGV), was korte tijd bestuurder, vele jaren vicevoorzitter en van 1881 tot 1898 de 'nauwgezette schatbewaarder' van de 'bondskas'. Adrian behoorde tot de redactionele medewerkers bij de oprichting in 1881 van De Turnvriend en voor het NGV organiseerde en leidde hij vele gymnastiekuitvoeringen. Ook was hij hoofd-agent in Nederland voor een Duitse fabriek van gymnastiektoestellen en had hij een tijd een vergunning om het stedelijk turnlokaal (Westermarkt) in eigen gebruik te nemen.

Oprichter en voorzitter van de AGOV en de 'Noord-Hollandsche'
Samen met enkele collega's, waaronder F.G. Croesen en H.P.A. Wilhelm, nam Piet Adrian het initiatief tot de oprichting (1871) van de Amsterdamsche Gymnastiek Onderwijzers Vereeniging. Hij werd de eerste 'president' tot 1874 en was dat later nog eens (1880-1891). Als voorzitter gaf hij talrijke adviezen aan de autoriteiten en verrichtte hij veel werk in het belang van het gymnastiekonderwijs. Zo was hij bijvoorbeeld lid van een commissie die de oprichting van de 'Maatschappij voor Turngebouwen' moest voorbereiden. Met zijn werk in Amsterdam was Piet Adrian 'jarenlang de ziel van elke beweging in de hoofdstad, die heen stuurde naar uitbreiding en verbetering van systematische lichaamsoefeningen voor de jeugd'. Ook was hij oprichter (1885) van de Gymnastiek-Onderwijzers-Vereniging ‘Noord Holland’ en voorzitter gedurende de ± tien jaar dat deze afdeling heeft bestaan.

Langstzittende voorzitter van de vakvereniging
Eind december 1867 werd Piet Adrian voorgesteld als verenigingslid en in 1868 werd hij al bestuurslid van de KVLO. De vereniging heette toen nog 'Vereeniging van onderwijzers in de gymnastiek'. Al drie jaar later (1871) werd hij, als opvolger van H.J. Steenbergen, benoemd tot voorzitter van de vereniging. Onder Adrian kreeg de vereniging in 1885 een andere naam: Vereeniging van gymnastiekonderwijzers in Nederland.
Adrian vervulde gedurende 39 jaar (1871-1910) onafgebroken het voorzitterschap van 'de Nederlandsche', zoals hij de vereniging altijd noemde. Hij vierde zijn zilveren jubileum als voorzitter in 1896 en droeg op 29 maart 1910 het voorzitterschap over. Tijdens zijn voorzitterschap hield hij vele toespraken en lezingen, schreef tientallen (omzend)brieven en deed verslag van bijzondere activiteiten zoals de 'De openbare uitvoering' van het NGV (Volksheil: 1879, 7e, p. 307-315). Voor de KVLO stond hij aan de basis van talrijke activiteiten, waaronder het verschijnen in 1903 van een eigen orgaan: het Correspondentieblad.
Op 29 maart 1910 nam Adrian afscheid als voorzitter van de vereniging en droeg hij het 'presidium' over aan J.H. Luiting. Deze beloofde ten overstaan van de algemene vergadering, in de overvolle zaal van het 'Scala' in Den Haag, 'alles in het werk te zullen stellen om het voetspoor van Adrian te volgen'.

Waardering voor het functioneren
De robuuste Adrian was beminnelijk in de omgang, had heldere denkbeelden, werd alom bewonderd en was van immense betekenis voor vakwereld en de ontwikkeling van het vak. Wat Mulier was voor de sport, was Adrian voor de gymnastiek. Vanwege zijn 'groote en grootsche' verdiensten voor 'de gymnastiek' werd hij niet alleen benoemd tot erelid van de Vereeniging van Gymnastiek-Onderwijzers in Nederland maar ook van de Belgische Turnbond, van het NGV, van de AGOV en van de Amsterdamse gymnastiekvereniging 'Kracht en Vriendschap'.
Op 70-jarige leeftijd, ruim vijf jaar na zijn aftreden als voorzitter van de vakvereniging, overleed Piet Adrian op 16 april 1915 'kalm in den kring zijner familie' in Haarlem. Op dinsdag 20 april 1915 werd hij begraven op de begraafplaats Westerveld in Driehuizen.

Literatuurverwijzingen
  • Correspondentieblad van de vereeniging van gymnastiek-onderwijzers in Nederland (1910). 7e jaargang, p. 2-4.
  • De Lichamelijke Opvoeding (1914). 2e jaargang, p. 144.
  • De Lichamelijke Opvoeding (1915). 3e jaargang, p. 74-79.
  • Elias, H.A. (1922). 'Zestig jaren'. In: De lichamelijke opvoeding, feestnummer ter gelegenheid van het 60- jarig bestaan der Vereeniging van Leeraren en Onderwijzers in de gymnastiek in Nederland (79 p.). Haarlem: Nijgh & Van Ditmar, p.32-33.
  • Haarlems Dagblad: 19 mei 1884; 8 augustus 1893; 9 november 1914; 17 april 1915; 20 april 1915.
  • Het turnblad, weekblad van het Nederlands Gymnastiek Verbond (1915). 28e jaargang: nr. 17, p 193-196.
  • Het turnblad, weekblad van het Nederlands Gymnastiek Verbond, feestnummer ter gelegenheid van het veertig-jarig bestaan 1868-1908. Haarlem: Kleynenberg, p.7.
  • Historisch archief KVLO: B1.
  • Jaarverslag van de Vereeniging van Gymnastiek-Onderwijzers (L. en M.O.) In: Nederland en hare afdeelingen (1916).
  • Luiting, J.H. (1910). Het aftreden van den Gymnastiek-Leraar P.C.Adrian. In: De Revue der Sporten, 3e, nr. 34, p. 538.
  • Tijdschrift van het Nederlands Gymnastiek Verbond (1898). Nummer 6, p. 120-121.
  • Tijdschrift Olympia (1888-1889), 3e jaargang, nummer 13, p. 3.
  • Smit, P.J.M. (2001). 'Eéuwig-hoge rekstokken'. In: Ons Amsterdam, maandblad over verleden en heden van Amsterdam.
Auteur: Kees van Tilborg

Piet Adrian.

Piet Adrian

Adrian leidt 1000 tuners (Amsterdam, 1893).

Adrian leidt 1000 tuners (Amsterdam, 1893)

Omslag receptieboek.

Omslag receptieboek

Adrian kreeg dit (Le cri de la paix) t.g.v. zijn 25-jarig voorzitterschap.

Cadeau voor de voorzitter

Deelnemers 1e spelcursus (Utrecht, 1907). Adrian: 2e rij van onder, 6e van rechts.

Deelnemers 1e spelcursus (Utrecht, 1907). Adrian: 2e rij van onder, 6e van rechts

Piet Adrian (1844-1915).

Piet Adrian (1844-1915)